Kostuumdesign
In het eerste kwart van de 19e eeuw krijgt de tendens om aangepaste theaterkostuums te gebruiken meer en meer opvolging. Waar voorheen elke zanger eigenaar was van zijn eigen kostuums en die ook in diverse producties droeg, wordt kostuumontwerp een vast element in elke productie. Hierdoor wordt een willekeuring samenraapsel van stijlen en kleuren vermeden en ontstaat er een consistent geheel, al dan niet in overleg met de decorontwerpers.
In de loop van de 19e eeuw, sluiten de kostuumontwerpen qua stijl aan bij de historische neostijlen die ook de decorontwerpen domineerden. Ook zijn de ontwerpen vrij "didactisch" van aard, in die zin dat het kostuum vaak het karakter of de rol van het personage versterkt. Zo wordt er vaak gebruikt gemaakt van lichtere kleuren voor de goede karkaters en donkere kleuren voor de sinistere personages.Verliefde koppels krijgen dan ook vaak een pak in passende kleuren. Een mooi voorbeeld van 19e-eeuwse kostuumontwerpen zijn de ontwerptekeningen door Brunetti en Chiappa uit 1859 voor de opera Vittore Pisani van Achille Peri (1812-1880).
In contrast met de realistische en historiserende ensceneringen van de 19e eeuw, ontwierp Giorgio de Chirico (1888-1978) eigentijdse kostuums en decors. Deze kostuumontwerpen dateren van 1933 en waren bedoeld voor Bellini’s opera I Puritani. Deze opera speelt zich af tijdens de 17e-eeuwse Engelse burgeroorlog. De ongewone kostuums zorgden voor verwarring bij het publiek dat gewoon was aan traditionele settings. Het ontwerp van Chirico werd getoond tijdens de eerste editie van het muziekfestival I Maggio Muscale Fiorentino. Bruikleen van Lo Presti.